Togo & Benin: Oui, je suis raciste!

29 maart 2020 - Beernem, België

De Ghanese douanier deed een bodycheck eyeroll en fronste nog meer zijn voorhoofdrimpels toen hij mijn visum gadesloeg. Ik zuchtte en met de zoutkringen als boomringen op mijn wielershirt had ik de energie niet om tegen te pruttelen. Hij gaat toch ook niet moeilijk doen rond mijn visum zoals de corrupte Ghanese douanier vorige week?

Sjans, hij liet me door en aan de andere kant van de grens wachtte mijn Togolese moeder mij op. Amanda, een metisse, de mama van het lief van mijn neef was voor enkele dagen mijn gastvrouw. Een energieke dame met de nodige zwier en passie die de komende dagen mij in de watten legde. Eerst moest ik mijn mama laten weten dat ik goed ben gearriveerd. Een moederhart, in elk land/cultuur/continent hetzelfde.

Togo

Na een deugddoende douche werd ik meteen meegenomen naar een verjaardagsfeest van een vriendin van haar. Eten aan volonté, spontaan dansje en wat karaoke. Een beter welkomstcomité kon ik me niet inbeelden. Amanda wou me heel graag helpen met mijn podcast dus wou ze dat ik iedereen interviewde die daar rond tafel zat. Een kleurrijk palet (bruin, zwart, arabier, mokka, wit, koffie met melk, …) zat in de sofa’s samen gepropt en keken met grote ogen naar mij en mijn fluffy microfoon en benieuwd welke vragen ik ging stellen.

Togo

Allemaal hebben ze racisme meegemaakt, ik voelde mij even in een praatsessie waar de praatstok werd doorgegeven en iedereen zijn verhaal mocht vertellen. De verhalen blijven gemeen en kwetsend, hoeveel je er ook hoort. Op het einde stelde ik de vraag: “maar zijn jullie zelf ook racistisch geweest?” Allemaal stemden ze in. Dit lijkt mij het begin, inzien dat racisme in ons zit en dat we daar moeten aan werken.

De volgende dag werd ik door Amanda weer een hele dag op zwier genomen. Samen met haar neef en de voorzitter van de slavernij herinneringsorganisatie gingen we diverse slavensites bezoeken. Bij de eerste stootte we al op een probleem, een houten hek was door het dorpshoofd errond gebouwd. Zodat je de sleutel moet halen en moet dokken. “Houten hek hé?” Dacht Amanda luidop. Tsjakka! Met een geweldige snok uit haar twee kleine armpjes maakte ze een doorgang. I like that attitude.

Togo

Ik verzamelde veel informatie over het kidnappen van slaven, hun gevangenschap en vervoer naar de slavenschepen. ’S avonds was ik dan ook bekaf. Zeker toen ik als een zwijn mij alles naar binnen boefte wat er op de rijkelijk gevulde tafel stond. Mij schaamte valt weg als de honger de kop opsteekt, zeker als ik oenger heb (de West-Vlaamse overtreffende trap van ‘honger’). Als een klein kindje moest ik in mijn oogjes blijven wrijven om wakker te blijven, moederkloek Amanda beval me om dodo te doen. Eerlijk bevel me dunkt.

Togo

Bij het opstaan hoorde ik dat het onmogelijk was om Nigeria binnen te rijden, de grens was afgesloten wegens economische ruzie. Omdat de enige andere weg door Boko Haram Land was, besloot ik mijn tocht te eindigen in Cotonou, zo’n 100 km eerder dan Lagos, Nigeria.
Voor mijn vertrek naar mijn laatste land Benin had Amanda nog een interview geregeld met een dorpshoofd.

De man kwam de airco blazende zaal binnen met gouden kralen rond de nek, een gouden kroon (in stof wel te zeggen) pronkend op het hoofd en een dikke snor en dito bril. De poging om als een pauw met uitgestrekte veren indruk te maken, had weinig effect bij ik. Het was hij die al verschillende keren zei dat hij trots was op zijn grootvaders die geholpen hebben om slaven te verkopen aan de blanken. Uh, wat?

Die uitspraak wou ik graag op mijn recorder. Helaas, mijn journalistieke strikvragen en opgezette vallen waren te doorzichtig. Met gesloten handen op de bruine tafel bleef hij kalm en antwoordde diplomatisch op elke vraag. Zelfs Amanda hielp me met enkele verleidende vragen. Het dorpshoofd behield zijn cool onder de blinkende kroon. Net toen ik mijn recorder had opgeborgen, fluisterde hij tegen Amanda dat hij toch fier is op zijn grootvaders. Zou je hem geen smete geven?

Benin

Later die dag vertrok ik naar Ouidah, de laatste slavensite die op mijn checklist stond. Eén van de plaatsen waar de meeste slaven werden verkocht. De laatste interviews werden opgenomen en zo was ik nog maar 45 kilometer verwijderd van mijn eindhalte van deel 1, Cotonou. Het lichaam was blij met dit vooruitzicht. Mijn derrière deed ongelofelijk pijn, elke 700 meter moest ik  de kont lichten en riep ik met gesloten ogen “aaaaaah” en mijn ogen half knipperend van intens genot. 

Togo

Daarnaast begon de rechterknie pijnscheuten te krijgen. Het was op, de laatste 45 duurde dan ook iets langer maar opeens draai ik de laatste straat in en staat er 0 km op de teller.

Er was geen vreugde uitbarsting maar wel ongeloof. Amai, heb ik dit nu gewoon geflikt? Is het nu gedaan? Mijn reis door Afrika zit er gewoon op.  Verschillende fragmenten van de voorbije 3 maand flitsen door je hoofd. Toch was mijn state of mind vooral gefocust op de terugkeer naar huis en het terugzien van vrienden, familie, mama, papa, Hannes en Bieke. Het Belgisch regenweer neem je er dan met veel genoegen bij.

Thuis

Foto’s

1 Reactie

  1. Els:
    1 april 2020
    👍 Amanda.